De maskers van Odin – Oud-Noorse wijsheid
Elsa-Brita Titchenell

isbn 9789070328634, gebonden, bestel boek

Uit deze uitgave mag alleen met toestemming van de uitgever iets worden overgenomen.

© 2005  Theosophical University Press Agency, Den Haag

 

 

      Inhoudsopgave     

 

19 – Loki steelt het Brisinga-juweel


Aantekeningen van de vertaler

Hier is een voorbeeld van de ondeugendheid van Loki die een reeks gebeurtenissen in beweging zet die verband houden met de loop van de evolutie van de mens. Daartoe aangezet door Odin, nogmaals in zijn rol als lotsbestemming, karma, zorgt de onruststoker Loki dat hij in het bezit komt van Freya’s kostbare ‘juweel van vuur’ – menselijke intelligentie. We hebben gezien dat Freya het hogere, geestelijke vermogen of de intelligentie vertegenwoordigt en zij is, als planetaire godheid van Venus, de leidster en beschermvrouw van het intelligente rijk van haar broer Frey, de mensheid van de planeet aarde.

Wanneer Freya Odin daarop aanspreekt en naar haar juweel vraagt, stelt de god een voorwaarde die van diepe betekenis is: zij moet een strijd ontketenen tussen de twee machtigste koningen van de wereld, een strijd die niet wordt beslist door de overwinning van een van beide maar doordat een ‘christenmens’ uiteindelijk beiden doodt. Deze beschrijving weerspiegelt natuurlijk de houding van een tijdperk toen christelijke missionarissen militant bezig waren de evangeliën van de Vredevorst in de landen van Noord-Europa en in IJsland te verspreiden. Waar het om gaat is echter de eeuwige tegenstelling tussen de krachten van licht en duisternis: er kan geen bestaan zijn en zeker geen vooruitgang zonder de spanning tussen de paren van tegengestelden die het leven kenmerken. Het is een belangrijk filosofisch denkbeeld dat bijna onopgemerkt blijft, en verloren lijkt te gaan tussen de onberekenbare streken van Loki. Als men een visie heeft die veel verder reikt, dan wordt duidelijk dat Freya’s strijd gedurende de hele tijd van het bestaan voortduurt, van tijd tot tijd wat verlicht wanneer nóg een menselijk hart ertoe wordt bewogen om de tegenover elkaar opgestelde legers in zichzelf te overwinnen, en de vrede te verwerven, en te geven, die begrip schenkt. Dit moet extra luister geven aan Freya’s kostbare juweel.


 

Loki steelt het Brisinga-juweel1

Er wordt gezegd dat Loki ontdekte dat Freya het juweel van de dwergen had verkregen. Hij vertelde dit aan Odin. Odin verlangde toen dat Loki hem het juweel zou brengen. Loki maakte hiertegen het bezwaar dat dit niet kon worden verkregen en gaf als reden dat niemand tegen haar wil het huis van Freya kon binnengaan. Odin zei dat hij moest vertrekken en niet mocht terugkeren vóór hij het juweel had bemachtigd. Loki sloop weg en beklaagde zich luid. Hij ging naar Freya’s huis en ontdekte dat het op slot zat; hij probeerde er binnen te gaan maar dat lukte niet. Het was heel koud buiten en hij raakte al snel bevroren. Toen veranderde hij zich in een vlieg en vloog rond naar alle sloten op zoek naar een scheurtje, maar kon nergens een gat vinden dat groot genoeg was om erdoorheen te gaan. Tenslotte bij de nokbalk onder de daksparren vond hij een gat zo klein dat alleen een naald erin paste. Door dit gat ging hij naar binnen. Toen hij eenmaal binnen was, keek hij rond om te zien of er iemand wakker was maar hij constateerde dat iedereen sliep. Hij ging in het bed van Freya en ontdekte dat zij het juweel om haar nek droeg, maar dat het slot naar beneden was gedraaid. Loki veranderde zich in een vlo, ging op haar wang zitten en stak haar, waarna ze wakker werd, zich omdraaide en opnieuw in slaap viel. Loki maakte een eind aan zijn vermomming als vlo, greep het juweel, opende de deur en ging weg, en gaf het juweel aan Odin.

Toen Freya ’s morgens wakker werd en zag dat alle deuren openstonden zonder te zijn geforceerd, en dat het kostbare juweel was verdwenen, was ze er zeker van dat ze wist wat er was gebeurd. Ze ging naar de zaal, naar koning Odin, precies zoals ze was, en vertelde hem dat hij er verkeerd aan had gedaan om het juweel bij haar weg te roven. Zij verzocht hem het terug te geven. Odin zei dat omdat zij het juweel ooit had gekregen, zij het daarom nooit meer zou krijgen; ‘tenzij’, voegde hij eraan toe, ‘je twee koningen, de grootste in de wereld, die ieder boven tien andere staan, met elkaar kunt laten strijden onder voorwaarde dat beide zullen doorvechten, levend of dood, tot een christenmens zo dapper zou zijn en zoveel geluk zou hebben dat hij het aandurft deze beide mannen aan te pakken en ze te doden. Alleen dan zal hun ongeluk ophouden, wanneer diezelfde held hen zal bevrijden van de noodzaak en moeilijkheden van hun gevaarlijke pad.’

Freya ging akkoord en kreeg haar juweel terug.

 

Noot

1. Uit Sörla Tháttr, een volksverhaal. Het IJslandse tháttr, evenals het Sanskriet sutra, betekent een draad (in een touw).

 


De maskers van Odin – Oud-Noorse wijsheid, blz. 238-41

© 2005  Theosophical University Press Agency
Daal en Bergselaan 68, 2565 AG Den Haag