Theosophical University Press Agency

pagina achteruit Inhoud pagina vooruit

12. De mysteriescholen in deze tijd

De broederschap van de Groten laat de mensheid nooit in de steek. Erachter en in de kern ervan klopt eeuwig het hart van mededogen. Dat de mysteriescholen niet meer algemeen bekend zijn geeft in geen geval aan dat de eeuwige steun van de meesters is ingetrokken. Mysteriecentra kunnen over de hele wereld worden aangetroffen, schrijft H.P. Blavatsky, want ‘het Geheime Genootschap leeft nog en is even actief als ooit tevoren’ (Isis, 2:117). De exacte plaats van deze scholen, die door hun beschermers uiterst zorgvuldig worden bewaakt, is niet te ontdekken, behalve door degenen die waardig zijn bevonden; maar een sluier van geheimhouding is niet hetzelfde als niet-bestaan.

Blijft het fysieke lichaam in leven en functioneert het als het hart ophoudt bloed te pompen door het vaatstelsel, als de organen vanuit het hart niet hun levensstroom ontvangen? Zo is het ook met het spirituele lichaam van de aarde, waarvan Sambhala het mystieke hart is; vanuit de hartkamers daarvan vloeit het esoterische levensbloed van de Broederschap naar organische centra. Elk mysteriecentrum is een organisch brandpunt, ieder mens is een levende cel. Allen zijn trouw verschuldigd aan het centrale hart. Is het logisch te concluderen dat een hart vergeefs slaat? Is het redelijk te concluderen dat organen los van het hart functioneren? Zulke gevolgtrekkingen druisen in tegen de rede of de ervaring.

Deze esoterische levensstroom volgt daarom drie kanalen:

(1) Via de exoterische en esoterische mysteriën. De exoterische of kleine mysteriën zijn nu ‘voor een groot deel vervangen door de verschillende activiteiten van de theosofische beweging die zelf als beweging exoterisch is’ (AOF, blz. 672). Omdat de invloed van de stof het bewustzijn van de wereld verblindt, zijn de esoterische of grote mysteriën tegenwoordig veel zorgvuldiger verborgen. Het is opmerkelijk dat juist op grond van de toegenomen behoefte aan licht en waarheid ‘de esoterische groepen van de mysteriescholen nu misschien talrijker zijn dan ze gedurende duizenden jaren zijn geweest . . .’ (Op.cit.).

Dit feit is van verstrekkend belang voor zoekers naar waarheid. Als de macht en kracht van de oude wijsheid eenmaal het bolwerk van het hart in bezit neemt, kan men niet alleen de verheffende spirituele invloed ontvangen door het contact met de exoterische mysteriën, maar belangrijker nog, men plaatst zich werkelijk rechtstreeks onder de inspiratie vanuit de esoterische mysteriën, de zetels of vitale centra van de Broederschap.

(2) Via vitale brandpunten in de nationale sfeer. In de circulatie van spirituele invloeden hebben alle landen een magnetisch en op sympathie berustend contact met Sambhala. Elk groot land heeft zijn esoterische centra:

Een klein land, zoals Nederland, zou het centrum kunnen zijn van een geheime mysterieschool, waarvan de vertakkingen en de invloed zich over half Europa uitstrekken . . . Elke afzonderlijke nationale eenheid op deze bol heeft in feite haar eigen geheime spirituele beschermers, die als groep een echt esoterisch centrum vormen. We kunnen hen de occulte bewakers van een volk noemen. Engeland heeft ze, Duitsland en Rusland, ook Zwitserland, Frankrijk, Italië, Spanje, Portugal, China, India, Japan, de Verenigde Staten, Mexico, Canada, Brazilië, enz. Op.cit.

Deze nationale occulte bewakers bemoeien zich niet met politieke zaken; hun werk is ‘zuiver spiritueel, moreel, verstandelijk en volkomen weldadig en ook universeel, en is een stille gids voor de intuïtieve zielen van de verschillende volkeren’ (Op.cit., blz. 673).

(3) Het derde kanaal voor esoterisch werk is een van de boeiendste, maar het minst erkend: het levend houden, van eeuw tot eeuw, van de kennis voor het nageslacht.

Er bestaan in feite groepen die zich uitsluitend bezighouden met het vormen van occulte inwijdingscentra, het voorbereiden van leerlingen op esoterisch werk in de wereld, en het veiligstellen van kostbare intellectuele en materiële schatten, de erfstukken van de mensheid. AOF, blz. 672-3

De generaties van zieners verspillen niets; de grote filosofische en religieuze stelsels zijn evenmin in de duisternis van langzaam verdwijnende eeuwen verloren gegaan. Alles wat van essentiële spirituele waarde is, wordt in het geheime archief van de aardbol bewaard:

Er bestaat, over de hele wereld verspreid, een handjevol nadenkende en in afzondering werkende onderzoekers die hun leven in vergetelheid, ver van het rumoer van de wereld, doorbrengen met het bestuderen van de grote vraagstukken van het fysieke en het spirituele heelal. Ze hebben hun geheime verslagen waarin de resultaten worden bewaard van de studie-inspanningen van de lange reeks kluizenaars van wie ze de opvolgers zijn. De kennis van hun verre voorouders, de wijzen van India, Babylonië, Ninevé en het keizerlijke Thebe; de legenden en overleveringen, verklaard door de leermeesters van Solon, Pythagoras en Plato in de marmeren zalen van Heliopolis en Saïs, overleveringen die al in hun tijd bijna geen glans meer vertoonden vanachter het mistgordijn van het verleden – dit alles en nog veel meer is opgetekend op onverwoestbaar perkament, en wordt uiterst zorgvuldig van adept op adept doorgegeven.
Isis, 1:690-1

Ooit zullen achtenswaardige onderzoekers de verloren sleutels terugvinden, en zal het ene na het andere mysterie worden opgelost; tempels zullen worden opgegraven; geheimen uit de inwijdingskamers onthuld; de occulte geschiedenis van onze planeet en van de mensenrassen zal bekend worden. Wanneer? Op de vastgestelde tijd, een tijd die niet is bepaald door een gril of impuls, maar aanbreekt als het derde oog dat nu ‘heel zorgvuldig verborgen en ontoegankelijk’ is, weer opengaat in een esoterische geboorte.

Het hoofd van deze verborgen centra heeft volgens De Purucker zijn thuis in Sambhala, met vertakkingen in Syrië, Mexico, Egypte, de Verenigde Staten en Europa, elk ‘ondergeschikt aan de moedergroep van de occulte hiërarchie in Sambhala’ (AOF, blz. 673).

In De mahatma brieven staat een prachtige beschrijving door meester M van een geheime verblijfplaats waarin zijn broeder en vriend KH de stilte van verdere inwijding ingaat. De meesters zijn zelf, al staan ze veel hoger dan wij, nog mensen – verheven menselijk, maar toch mens – en moeten verdere beproevingen ondergaan; zulke inwijdingen zijn echter van een bovenaardse soort. Over de beproeving van zijn collega schrijft meester M:

Twee dagen later, toen het besluit tot zijn [KH’s] ‘retraite’ was genomen, vroeg hij me bij zijn afscheid: ‘Wil je waken over mijn werk, wil je erop toezien dat het niet te gronde gaat?’ Ik beloofde het. Wat zou ik hem op dat uur niet hebben beloofd! Op een zekere plek, die niet aan buitenstaanders mag worden bekendgemaakt, bevindt zich een kloof die door een brug van gevlochten grassen is overspannen, met daaronder een woeste bergstroom. Het dapperste lid van uw alpenclubs zou de overtocht nauwelijks durven wagen, want ze hangt daar als een spinnenweb en schijnt verrot en onbegaanbaar. Toch is ze dit niet; en wie de poging waagt en slaagt – wat het geval zal zijn als hij verdient te worden toegelaten – komt in een kloof van weergaloos natuurschoon in een van onze plaatsen en bij enkele van onze mensen, waarvan en over wie de Europese geografen geen verslag of aantekening bezitten. Op een steenworp afstand van het oude lamaklooster staat de oude toren, in het binnenste waarvan zich het wordingsproces voltrok van generaties van bodhisattva’s. Dat is de plaats waar uw levenloze vriend nu rust . . .
brief 29, blz. 241-2

Daar in het heiligdom voltrok zich ‘het wordingsproces van generaties van bodhisattva’s’ voor wie de verlichting van de mensheid een van de esoterische doeleinden is. Door alle pijn en verdriet van de wereld heen stroomt dit sterke netwerk van occulte vitaliteit in een onophoudelijk ritme door de onzichtbare slagaderen en aderen van het spirituele lichaam van onze aarde. Zo groot is het mededogen van de broederschap, zo onvermoeibaar is haar streven, dat ze haar werk niet zal neerleggen voordat het hart van ieder mens in ritmische harmonie klopt met dat van de Grote Broederschap.


Mysteriescholen door de eeuwen heen, blz. 68-72

© 2022 Theosophical University Press Agency
Daal en Bergselaan 68, 2565 AG Den Haag