3 – Het leven in legerplaatsen
De Von Hahns bleven niet lang in Romankov; ze verhuisden al snel naar
andere delen van de Oekraïne. Als kapitein van een batterij van
de rijdende artillerie verhuisde Peter herhaaldelijk van de ene plaats
naar de andere. Grootvader Andrej verhuisde vanwege zijn bestuurswerk
eveneens vaak naar verschillende delen van Rusland. En omdat Helena
Andrejevna en haar kinderen soms bij Peter en op andere tijden bij de
grootouders woonden, begon Helena Petrovna al heel jong een leven van
reizen en kreeg ze ruime ervaring met verschillende culturen en volkeren,
misschien als voorbereiding op haar toekomstige wereldreizen.
Toen Helena twee jaar was,30
werd de familie, die naar een andere garnizoensplaats was verhuisd ver
van de grootouders, door haar eerste grote verdriet getroffen. Haar
kleine broertje, Sasja, werd ernstig ziek, en er was geen medische hulp
beschikbaar. De lenteregen had de wegen zo modderig gemaakt dat reizen
te voet of te paard onmogelijk was. Zo was de arme moeder getuige van
het langzame sterven van haar kind, zonder arts om het te genezen of
zijn lijden te verlichten.31
Terwijl ze in verwachting was van haar volgende kind, verhuisde Helena
Andrejevna tijdelijk naar Odessa, een bekend centrum van cultuur en
een drukbezochte plaats aan de Zwarte Zee. Andrej was daar lid van de
raad van beheer voor de kolonisten, avontuurlijke gezinnen die van verre,
zoals uit Duitsland, kwamen om zich op nieuw verworven Russisch gebied
te vestigen. Toen Helena drieënhalf jaar was, werd haar zuster
Vera geboren.
Niet lang daarna voegde Helena Andrejevna zich weer bij haar echtgenoot
en opnieuw verhuisde het gezin van gehucht naar gehucht in de Oekraïne.
Dit voortdurende opbreken van het gezinsleven zou voor elke moeder een
uitputtende beproeving zijn, maar dit gold vooral voor iemand met een
zwakke gezondheid. Bovendien hing het rondtrekkende leven met Peter
‘steeds als een donkere wolk boven haar hoofd’, schrijft
De Zirkoff. ‘Zodra ze zich op haar gemak begon te voelen en gehecht
raakte aan haar huis, zodra prettige vriendschapsbanden waren aangehaald
en de dingen haar dierbaar waren geworden, kon het schrikaanjagende
woord ‘overgeplaatst’ haar overvallen als een nachtmerrie
en haar dwingen opnieuw alles achter te laten en weer verder te trekken
naar vreemde en eenzame plaatsen. Kleine, smerige provinciestadjes,
vervelende diners en theevisites met hun zware sigarettenrook, de eeuwige
gesprekken over paarden, honden, geweren en dat soort onderwerpen.’32
HPB: Het bijzondere
leven en de invloed van Helena Blavatsky, blz. 11-12
© 2008 Theosophical
University Press Agency
Daal en Bergselaan 68, 2565 AG Den Haag