Brief 7
Ik was echt heel blij je brief te ontvangen, maar het speet me over
je moeilijkheden te lezen. Vreemd genoeg moet ik nu heel veel denken
aan een soortgelijk probleem dat speelt bij een dierbare vriend van
mij, en ik zou je graag als gunst willen vragen om me te vertellen wat
voor soort plek het tehuis is waarover je spreekt. Het enige hier dat
toegankelijk is, is niet meer dan een gevangenis, waar mensen niets
doen, en waarvan de invloed volgens mij alleen maar deprimerend is.
Denk je dat degene aan wie je denkt, iemand met een actief verstand
die alleen wenst om van zijn huidige probleem af te zijn, zichzelf zou
kunnen bezighouden?
Het spijt me echt dat je me die zaken moet vertellen,
maar ik zal ze vertrouwelijk behandelen; en ik dank jou en ––
voor je hernieuwde uitnodiging.
Het is het beste niet te proberen achter de feiten
van sommige mysteries van het leven te komen, maar ongetwijfeld zal
een volledig vertrouwen op de geest in ons en op de wet dat de handen
die ons vernietigen onze eigen handen zijn, de druk verlichten van sommige
gebeurtenissen die mysteries schijnen te zijn. Ik vind de grootste troost
in deze overdenkingen, en dan zie ik dat elk moment van mij is, en dat
ze, wanneer ze voorbij zijn, zijn opgenomen in het geheel van mijn wezen:
en dus moet ik ernaar streven te Zijn. Op die manier kan ik hopen om
na verloop van tijd de bewuste bezitter te zijn van het hele Zijn. Dus
streef ik niet naar het mysterieuze. De grote strijd moet zijn om mijn
uiterlijke zelf open te stellen, opdat mijn hogere zijn erdoorheen zal
schijnen, want ik weet dat in mijn hart de god geduldig wacht, en dat
zijn zuivere stralen voor mij alleen maar versluierd zijn door de vele
strevingen en illusies die ik uiterlijk tot stand breng. Omdat dit het
geval is, kan ik de Society en haar werk (naar mijn beste vermogen)
alleen beschouwen als het best beschikbare kanaal voor mijn handelingen
in een poging anderen te helpen. Alleen haar methoden zullen daarom,
voor wat mij betreft, de mijne zijn, en zodoende kan ik daaraan niet
de methoden van een ander hechten.
Geloof me, oprecht de jouwe.
Brieven
die me hebben geholpen, blz. 130-131
© 2001 Theosophical
University Press Agency
Daal en Bergselaan 68, 2565 AG Den Haag