Theosophical University Press Agency

pagina achteruit Inhoud pagina vooruit

Drie verheven denkbeelden

[‘Three great ideas’, The Irish Theosophist, februari 1895, blz. 173]

Onder de vele denkbeelden die door de theosofische beweging naar voren zijn gebracht, zijn er drie die men nooit uit het oog zou moeten verliezen. De wereld wordt in feite niet beheerst door wat men zegt maar door wat men denkt. Indien de volgende drie denkbeelden goed zijn, laten we dan telkens opnieuw ervoor zorgen dat ze niet worden vergeten.

Het eerste denkbeeld is dat er een groots doel bestaat, in de zin van een onderneming – het doel van de hoogste volmaking en van de broederschap van de mensheid. Dit is gebaseerd op het in essentie één-zijn van de hele menselijke familie, en het is mogelijk, omdat verheven volmaaktheid en het daadwerkelijk verwezenlijken van broederschap op elk bestaansgebied één en dezelfde zaak betreffen. Elke krachtsinspanning van rozenkruisers, mystici, vrijmetselaars en ingewijden is een poging om in het hart en het denken van de mens de orde van de hoogste volmaking op te roepen.

Het tweede denkbeeld is dat de mens een wezen is dat tot volmaking, tot het niveau van een godheid, kan worden verheven, omdat hijzelf een belichaamde god is. Deze edele leer had Jezus ongetwijfeld in gedachten toen hij zei dat we volmaakt moeten worden, zoals onze vader in de hemel. Dit is het denkbeeld dat de mens zich kan vervolmaken. Het doet de afschuwelijke leer van de aangeboren erfzonde teniet die de westerse christelijke volkeren eeuwenlang gevangen heeft gehouden en heeft verpletterd.

Het derde denkbeeld is de illustratie, het bewijs en het verheven resultaat van de twee andere. Het is dat de meesters – mensen die de hoogste volmaking hebben bereikt die in dit evolutietijdperk en in dit zonnestelsel mogelijk is – levende werkelijkheden zijn en niet koude, ver van ons afstaande abstracties. Ze zijn, zoals onze oude HPB zo vaak heeft gezegd, levende mensen. En ze verklaarde ook dat een schaduw van diepe ellende zou vallen op hen die zouden ontkennen dat ze levende werkelijkheden zijn en zouden beweren dat ‘de meesters niet naar ons gebied afdalen’. Als levende werkelijkheden en verheven idealen zullen de meesters de ziel met hoop vervullen, en hulp verlenen aan iedereen die verlangt de mensheid vooruit te brengen.

Laten we deze drie verheven denkbeelden niet vergeten.

William Q. Judge


Theosofische inzichten, blz. 519-20

© 2023 Theosophical University Press Agency
Daal en Bergselaan 68, 2565 AG Den Haag