HPB
Er is nog een ander aspect van de avatara-leer dat het psychische wonder verklaart dat HPB was, en ik geef hier in hoofdzaak een deel weer van een toespraak die in Visingsö, Zweden, in 1931 werd gehouden ter herdenking van het feit dat ze honderd jaar* daarvoor werd geboren.
*Vgl. The Theosophical Path, december 1931.
Is er één theosoof die ook maar een ogenblik denkt dat HPB bij toeval naar de westerse wereld kwam, los van de natuurwetten en de strikte opeenvolging van oorzaak en gevolg waardoor alles in de juiste orde plaatsvindt? HPB kwam gehoorzamend aan een wet, een van de natuurwetten, omdat het haar tijd was om te komen als één uit de reeks van leraren die in de loop van de eeuwen op bepaalde tijden verschijnen, de ene leraar na de andere, en altijd wanneer de tijd daarvoor rijp is en nooit bij toeval. HPB was een van de schakels in wat de oude Griekse ingewijden de levende Keten van Hermes, de Gouden Keten, noemden, in verband met het doorgeven van mystiek en esoterisch licht en waarheid. Als een van deze reeks van opeenvolgende leraren kwam ze overeenkomstig het regelmatige ritme van de wetten die onze planeet beheersen. Ze verscheen inderdaad aan het begin van een messiaanse cyclus van 2160 jaar en aan het einde van de voorafgaande cyclus van dezelfde duur. Ze was de boodschapper voor haar tijd, d.w.z. voor het komende tijdperk.
In een zeer ware, zij het weinig bekende betekenis van het woord, was ze een avatara – een avatara van een bepaald type of een bepaalde soort, want er zijn verschillende soorten avatara’s. Elke leraar die verschijnt om de mens te onderwijzen heeft niet alleen zijn of haar lichaam en een op ongewone wijze ontvangen psychisch gestel, maar is op bepaalde tijden ook vervuld van het heilige vuur van een grotere ziel, en is daarom in feite een soort avatara. Zoals Jezus een bepaald type avatara was voor zijn tijd, zo was zij, onze geliefde HPB, een avatara van een ander type voor haar tijd. Ruwweg 2160 jaar vóór haar geboorte luidde Jezus voor Europa de bijzondere messiaanse cyclus in die na verloop van eeuwen de Europese landen in het duister van de middeleeuwen stortte. Nu, ongeveer 2160 jaar later, werd een nieuwe cyclus geopend toen zij werd geboren, een opgaande cyclus die licht, vrede, kennis en wijsheid aan de mensen zou brengen.
Een machtige kracht kwam in de wereld en deed haar werk, en het web dat zij weefde heeft een belangrijke rol gespeeld bij het scheppen van de betere omstandigheden waarin we ons nu bevinden. HPB was natuurlijk naar lichaam een vrouw, maar wat dit lichaam en het brein bezielde en inspireerde, was de innerlijke, goddelijke zon, de innerlijke boeddha, de levende innerlijke christus. Maar tussen dit goddelijke vuur en het ontvankelijke en mystiek geoefende en ontwikkelde brein van de vrouw, bevond zich een psychisch voertuig dat in het westerse spraakgebruik gewoonlijk de ‘menselijke ziel’ wordt genoemd en dat in haar geval – want zij was een ingewijde in de orde van de boeddha’s van mededogen en vrede – zich soms kon terugtrekken en het mogelijk maakte dat de lege plaats werd ingenomen door een ‘menselijke ziel’ die zelfs boven haar ziel ver verheven was. Het was deze buddhische luister die de lege plaats innam die ze graag voor gebruik afstond, en die voor een groot deel verantwoordelijk was voor de wonderwerken die HPB tot stand bracht.
U zult zich herinneren dat zij in haar geschriften vaak onderscheid maakt tussen wat ze HPB noemt en H.P. Blavatsky. H.P. Blavatsky was de vrouw, de chela, de aspirerende, lerende, edele, moedige chela. Maar HPB was de meester die sprak door haar: lichaam en geest, één entiteit, dan het tussenliggende psychische voertuig, gewoonlijk de ‘ziel’ genoemd, die tijdelijk, als dat gewenst was, kon worden verwijderd. Het was inderdaad zo dat toen HPB als de boodschapper werd uitgestuurd, dat psychische voertuig voor een groot deel achterbleef. Dat verklaart de zogenaamde tegenstrijdigheden en tegenstellingen in haar karakter, die degenen die over haar probeerden te schrijven, zagen – en heel duidelijk zagen en wel moesten zien – maar die ze niet konden verklaren, waardoor ze haar vaak verkeerd beoordeelden en begrepen. Soms was ze sterk en mannelijk, zodat, zoals haar vrienden zeiden, het wel leek alsof zich door haar de vleesgeworden man manifesteerde – niet een bepaalde man, maar de ‘man’. Er was een goddelijke vlam in haar die zo nu en dan als het ware bezit nam van haar brein – en dan sprak ze als een Pythia, als een profetes, als een orakel van Delphi. En op andere ogenblikken, wanneer ze als avatara werd bezield door de heilige vlam van een van de Groten, was daar HPB, de leraar, de wijze, de ziener, de leraar van grote natuurwetenschappelijke waarheden, waarvan de moderne wetenschap pas nu de waarheid begint aan te tonen, de leraar die de mensheid hoop en een visie gaf, die aan een nieuwe filosofie-religie-wetenschap voor de mens vorm gaf. Er ligt een psychisch wonder, een mysterie, besloten in HPB, want HPB was een mysterie. Ze was inderdaad een soort avatara.