Astrologie
[‘Astrology’, The Theosophist, juni 1884, blz. 213-4; CW 6:227-30]
In het vorige nummer verscheen de recensie van een inleidend boek over astrologie. Het kan dus geen kwaad over dat onderwerp kort iets te zeggen. De gangbare gedachte schijnt te zijn dat de planeten en de sterren een bepaalde invloed op het lot van de mens uitoefenen, die door de wetenschap van de astrologie kan worden vastgesteld; en dat die wetenschap over middelen beschikt die kunnen worden gebruikt om ‘de kwade sterren’ gunstig te stemmen. Als deze globale gedachte getafilosofisch niet goed wordt begrepen, leidt ze tot twee onwetenschappelijke misvattingen. Aan de ene kant geeft ze aanleiding tot een geloof in de leer van een onafwendbaar noodlot, die zegt dat de mens geen vrije wil heeft, omdat alles vooraf is bepaald. En in het andere geval leidt ze tot de veronderstelling dat de natuurwetten niet onveranderlijk zijn, omdat bepaalde gunstig stemmende rituelen de normale loop van gebeurtenissen kunnen veranderen. Deze twee extreme opvattingen brengen de ‘rationalist’ ertoe de ‘astrologie’ te verwerpen als een overblijfsel van de onbeschaafde denkwereld van onze voorouders, want als nuchtere onderzoeker weigert hij het belang in te zien van het gezegde: ‘Echte filosofie probeert veeleer het probleem op te lossen dan het te ontkennen.’
Een wijs onderzoeker gaat ervan uit dat de waarheid gewoonlijk in het midden ligt. Als iemand in deze geest te werk gaat, zal hij ontdekken dat er een redelijke of wetenschappelijke hypothese bestaat die al deze verschillende opvattingen met elkaar kan verzoenen, en die waarschijnlijk aangaf wat de Ouden met astrologie bedoelden. Hoewel een studie van deze wetenschap iemand in staat kan stellen om te bepalen wat de loop van de gebeurtenissen zal zijn, kan daaruit niet noodzakelijkerwijs worden geconcludeerd dat de planeten op dat verloop invloed uitoefenen. De klok geeft de tijd aan, maar heeft er geen invloed op. En een verre reiziger moet zijn horloge vaak bijstellen zodat deze de lokale tijd op de plaats die hij bezoekt juist weergeeft. Dus hoewel de planeten het lot van de mens misschien niet beïnvloeden, kan hun positie toch aangeven wat dat lot waarschijnlijk zal zijn. Deze hypothese brengt ons op de vraag: ‘Wat is het lot?’ Volgens de occultist is het slechts de keten van oorzaken die de reeks daarmee overeenkomstige gevolgen teweegbrengt.
Iemand die zorgvuldig de leer van het occultisme over devachan en toekomstige wederbelichamingen heeft gevolgd, zoals die onlangs is bekendgemaakt, weet dat elk individu zijn eigen schepper of zijn eigen vader is, d.w.z. onze toekomstige persoonlijkheid zal het resultaat zijn van onze huidige manier van leven. Op dezelfde manier is ons huidige leven, met al zijn omstandigheden, de boom die is gegroeid uit de kiem die in onze vroegere incarnaties is gezaaid. Onze fysieke en spirituele omstandigheden zijn de gevolgen van onze handelingen die op deze twee bestaansgebieden in vroegere levens zijn verricht. Het is een bekend beginsel van het occultisme dat het ene leven dat alles doordringt, alle lichamen in de ruimte met elkaar verbindt. Alle hemellichamen zijn dus onderling met elkaar verbonden, en het bestaan van de mens hangt daarmee samen, want hij is slechts een microkosmos in de macrokosmos. Elke gedachte is, evenzeer als elke handeling, dynamisch en wordt afgedrukt in het onvergankelijke boek van de natuur – het akasa, het objectieve aspect van het ongemanifesteerde leven. Al onze gedachten en daden brengen dus de trillingen in de ruimte voort die vorm geven aan onze toekomstige levensloop.
Astrologie is een wetenschap die, omdat ze de aard heeft vastgesteld van de wetten die deze trillingen bepalen, in staat is om precies aan te geven wat de gevolgen zijn van de oorzaken die door het individu reeds in zijn vorige leven zijn gelegd. Omdat de huidige incarnatie het kind van de vorige is, en omdat er alleen dat ene leven is dat alle planeten van het zonnestelsel bijeenhoudt, geeft de positie van de planeten op het moment van de geboorte van een individu – die gebeurtenis is het totale resultaat van de oorzaken die reeds zijn gelegd – aan een echte astroloog de gegevens om daarop zijn voorspellingen te baseren. Tegelijkertijd moet men goed bedenken dat een ‘astronoom die de sterren catalogiseert niet één atoom aan het heelal kan toevoegen’, en dat een astroloog of planeet evenmin het lot van de mens kan beïnvloeden. Misschien kan de volgende passage uit Bulwer Lyttons Zanoni helpen om de gedachte nog duidelijker te maken:
Een eerste vereiste voor het tot stand brengen van alles wat groots en verheven is, is dat men waarheden helder waarneemt – waarheden die bij het gewenste doel horen. De krijger brengt daardoor de toevallige gebeurtenissen van de strijd terug tot bijna wiskundige combinaties. Hij kan een resultaat voorspellen, als hij maar kan vertrouwen op de materialen die hij moet gebruiken.1
1. Boek 3, hfst. 4.
We moeten daarom aandacht schenken aan het element van helderziendheid dat nodig is om een echte astroloog te zijn.
De oude rishi’s, van wie de boeken tot voor kort – zonder kennis ervan te nemen – algemeen werden veroordeeld, hadden door waarneming, experiment en diepe occulte kennis, alle denkbare combinaties van verschillende oorzaken onderzocht en de gevolgen ervan met wiskundige precisie tot in het kleinste detail vastgesteld. Maar toch, omdat de kosmos oneindig is, kan geen eindig wezen ooit kennis nemen van alle mogelijkheden van de natuur; in elk geval kunnen ze niet schriftelijk worden opgetekend, want zoals in Isis ontsluierd wordt gezegd: ‘om goddelijke denkbeelden uit te drukken, heeft men een goddelijke taal nodig’. Omdat ze de waarheid van dit belangrijke, maar helaas vaak genegeerde axioma inzagen, verklaarden ze dat een zuiver leven – fysiek, moreel en spiritueel – de eerste voorwaarde is voor succes in de astrologie. Dit was bedoeld om de paranormale vermogens van de astroloog te ontwikkelen die daardoor in het akasa combinaties kon zien waarnaar in geschreven boeken niet wordt verwezen, en hun gevolgen te voorspellen op de manier die in het bovenstaande fragment uit Zanoni zo prachtig wordt geïllustreerd.
Kortom, echte astrologie is een wiskundige wetenschap, die ons leert welke specifieke oorzaken tot bepaalde combinaties zullen leiden, en geeft ons dus, als haar werkelijke betekenis wordt begrepen, de middelen om kennis te verkrijgen om onze toekomstige levens te kunnen sturen. Het is waar dat er maar weinig van zulke astrologen zijn, maar hebben we het recht om de wetenschap van de elektriciteit te veroordelen omdat er misschien maar heel weinig echte elektrotechnici zijn? We moeten evenmin uit het oog verliezen dat, hoewel er nog talloze combinaties door paranormale waarneming van de astroloog moeten worden bepaald, een groot aantal ervan door de oude wijzen reeds is vastgesteld en opgetekend. Deze dingen verbijsteren ons als we ontdekken dat sommige astrologische berekeningen juist blijken te zijn, terwijl andere er helemaal naast zitten.