Onszelf zien als één mensheid
Ingrid van Mater
Het web van ons leven is gemengd van draad, goed zowel als kwaad.
– Shakespeare, Eind goed al goed
Al verscheidene jaren zijn we getuige van dynamische gebeurtenissen in de wereld, sommige positief, andere negatief en we voelen ons er nauw mee verbonden, waar we ons ook bevinden. Want we zijn allen samen op deze aarde en wat de één beïnvloedt, beïnvloedt allen. Nergens bleek dat duidelijker dan tijdens en na de recente rellen en branden in ons gebied van Los Angeles. Deze gebeurtenis heeft geleid tot een diepgaand onderzoek van waarden, hier en in heel Amerika, en is ook van invloed op de hele wereld.
De verschillende reacties zijn een studie op zich. Sommigen leggen vlot de schuld bij een of andere groep. Als leden van onze menselijke familie kan niemand zich veroorloven zich afzijdig te houden en zich niet betrokken te voelen bij wat er is gebeurd. Sommigen gingen zover en zeiden, ‘Ach, er zijn goede mensen en er zijn slechte mensen.’ Voor mij is dit een ongefundeerde opvatting. Natuurlijk leidt een verwrongen manier van denken tot onverantwoorde daden, maar ieder mens heeft meer dan ‘iets goeds’ in zich, hoe diep begraven dat ook is en hoe verward iemand door negatieve gedachten en een destructief gedrag ook kan zijn. Al veroordelen we de daad, het is tegelijk dringend noodzakelijk te begrijpen wat tot deze uitbarsting van geweld heeft geleid en inzicht te krijgen in de opgekropte emoties die eraan ten grondslag liggen. Geweld en materiële schade hebben nog nooit iets opgelost. Maar ook aanvallen met woorden en mentale, psychologische en andere minder zichtbare vormen van wreedheid kunnen vaak net zoveel schade aanrichten en diepe littekens veroorzaken in de menselijke psyche.
Ieder van ons is inderdaad ‘gemengd van draad’ van goed en kwaad. Kunnen wij oordelen over de verdiensten en gebreken van een ander? Want wie weet wanneer het onze beurt is beoordeeld te worden? Zijn wij bijvoorbeeld helemaal vrij van iedere vorm van vooroordeel, van het onvriendelijk bejegenen van anderen? De Schotse dichter Robert Burns zei het zo: ‘O, hadden wij de gave onszelf te zien, zoals anderen ons zien.’
Heel indrukwekkend was het overzicht in vijf afleveringen van de Los Angeles Times, getiteld ‘De rellen begrijpen’, dat de verschillende meningen en van inzicht getuigende overwegingen weergaf van redactieleden en andere medewerkers in binnen- en buitenland. Veel schrijvers zochten naar diepere oorzaken en zagen de noodzaak van veranderingen in de culturele houding aan alle kanten, zowel als veranderingen in de economische verhoudingen. Otis O’Solomon, dichter, schrijver, lid vanaf het begin van de ‘Watts Prophets’ groep, ziet zichzelf als een ‘verstokt optimist’. Met betrekking tot de ondoelmatigheid van uitsluitend uiterlijke veranderingen zonder inzicht in de behoeften die eraan ten grondslag liggen, zegt hij:
Het witten van het plafond stopt het lekken van het dak niet. . . Laat ieder van ons zich innerlijk verplichten rechtvaardig en eerlijk te zijn en samen te werken om L.A. weer op te bouwen, beter dan het was. Laten we ons daartoe verplichten en volharden.
Niets is helemaal slecht. Overal waren bemoedigende tekens waar te nemen. Vrijwilligers kwamen van alle kanten om de uitgeputte brandweerlieden, die al vele uren hadden gemaakt, af te lossen. Anderen van verschillende rassen en achtergronden kwamen op de derde dag van de moeilijkheden met bezems in de hand om met het schoonmaken te helpen. Multiculturele samenwerking kan verrijkend zijn als er van wederzijds respect en begrip sprake is. De ogen van de wereld zijn gericht op L.A. en zijn pogingen tot wederopbouw, want met zijn ongewoon rijke schakering van culturen is het feitelijk een wereldgemeenschap in het klein. ‘Velen in de Latijns-Amerikaanse, Aziatische, blanke en Afro-Amerikaanse gemeenschappen waarderen de overeenkomsten en gelijkenissen die onder ons bestaan’, citeerde Antonia Hernandez in de Times. Hieruit spreekt de geest die het menselijk ras waardig is.
Er zijn veel aanwijzingen dat de wereld in beweging is, een geleidelijke overgang van passieve aanvaarding naar actieve deelname aan het bevorderen van menselijke broederschap waar dat mogelijk is. Maar er zijn ook bedreigende tendensen als met onze vrijheid niet op verstandige en onzelfzuchtige wijze wordt omgegaan, zoals de mensen in de onlangs bevrijde landen kunnen bevestigen. Ieder van ons kan een verandering tot stand brengen in de kwaliteit van zijn dagelijkse gedachten en daden.
Gezien de menselijke aard zou het niet realistisch zijn om wonderen te verwachten. De vrijheid onze weg in het leven te kiezen, waartoe de mens de keuze heeft, brengt ons vaak op een dwaalspoor. Voortdurend zelfonderzoek is nodig om onze motieven en de gedachten die we koesteren te controleren. Dat is voor hen die een machtspositie bekleden in het bijzonder belangrijk om elke vorm van corruptie en een vertroebelde blik op mensen en het leven in het algemeen te vermijden. Het proces van groei, om de ongelijksoortige aspecten van onze natuur in harmonie te brengen, is al eonenlang aan de gang. Maar altijd moeten we ons blijven vasthouden aan die dunne draad van hoop en ons best blijven doen. De idealen van geestelijk ontwaken hebben altijd bestaan en zijn ons door de eeuwen heen door de wijzen voorgehouden. Wij zijn in wezen zielen, onsterfelijke zielen, die op reis zijn, een evolutionaire reis van grote betekenis. De tegenslagen in het leven en de uitdagingen die de wisselwerking tussen verschillende temperamenten en typen van mensen met zich brengen, sporen ons aan tot innerlijke groei en helpen ons met ons hart en onze ziel te zien, maar ook met ons verstand.
Alle natuurrijken waarvan wij een deel vormen, brengen eenheid in een eindeloze verscheidenheid tot uitdrukking. Waarom zouden ook wij dat niet doen? Deze eenheid, die ons innerlijk samenbindt, is de godheid die alle levende dingen gemeen hebben; het vuur van de geest in het hart van ieder van ons. Zonder dat zou er geen leven zijn. Waarachtig koningschap is een innerlijk, geen uiterlijk kenmerk; het betekent van edele, geestelijke afkomst zijn, ons gemeenschappelijk geboorterecht, niet in de eerste plaats te danken aan bijzondere omstandigheden en overerving. En in deze geest gezien zijn wij allen gelijk wat mogelijkheden en waardigheid betreft.
Wat onze achtergrond ook is, we mogen nooit vergeten dat we vóór alles mens zijn, ieder van ons, karmisch bijeengebracht op deze planeet om geleidelijk het edele, meedogende zelf te worden dat we innerlijk zijn. Onze allereerste opdracht als bewoners van deze wereld, als één mensheid, is ten slotte diep mee te kunnen voelen met ieder mens, wat zijn achtergrond of ras ook moge zijn en die innerlijke waarden en richtlijnen te ontdekken die ons op de lange en uitdagende weg die voor ons ligt in staat zullen stellen ons eigen gecompliceerde zelf en elkaar te begrijpen. Wat zou dat stralende wonder, die boog aan de hemel, die regenboog zijn zonder zijn zeven kleuren, die alle anders zijn en toch met elkaar harmoniëren en elkaar aanvullen?