Theosophical University Press Agency

Van onze lezers

Andrew Rooke

Australië, 27 oktober 2004

Kortgeleden las ik in de New York Times over het heengaan, in augustus van dit jaar, van dr. Elisabeth Kübler-Ross, de wereldberoemde specialist en onderzoeker op het gebied van het sterven en de dood, en een vooraanstaande stichter van de beweging voor verpleeghuizen voor terminale patiënten. Haar vele boeken hebben in westerse landen het onderwerp van het sterven onder de aandacht gebracht van de medische wereld en het grote publiek die daarvan aanvankelijk een afkeer hadden. De titels van haar boeken getuigen van haar intense betrokkenheid bij het lichter maken van de last van het menselijk lijden en om onze ogen te openen voor perspectieven achter de sluier van de dood: Over de dood en het sterven (1969), Doodgaan: de slotfase van groei (1975), Leven tot we afscheid nemen (1978), Leven met de dood en het sterven (1981), en Over kinderen en de dood (1983). In plaats van een discussie over de dood uit de weg te gaan en het stervensproces als een medische mislukking te behandelen, moedigde ze ons aan de dood als een essentieel deel van het leven te zien. Zo heeft ze eens geschreven: ‘Doodgaan is niet iets om bang voor te zijn. Het kan de mooiste ervaring van je leven zijn. Het hangt helemaal af van hoe je hebt geleefd.’

Op basis van haar persoonlijke ervaringen bij het helpen van vluchtelingen uit concentratiekampen in Europa na de Tweede Wereldoorlog besloot ze arts te worden en aan het eind van de jaren vijftig studeerde ze medicijnen in Zwitserland, haar geboorteland. Na haar verhuizing naar de Verenigde Staten in het begin van de jaren zestig was dr. Kübler-Ross ontsteld over de manier waarop stervende mensen door artsen en verplegers werden behandeld; ze besloot werkgroepen over dood en stervensbegeleiding op te zetten en tenslotte universitaire cursussen voor medische studenten en werkers in de gezondheidszorg. Zulke cursussen zijn nu overal in de wereld een essentieel onderdeel van de artsenopleiding. Om de mensen dit proces te laten begrijpen formuleerde ze vijf stadia van leed: krachtige afwijzing van de levensbedreigende toestand; boosheid op ‘God’ en de wereld; onderhandelen met ‘God’ om het lot uit te stellen; depressief worden naarmate de toestand verslechtert; en met genoeg tijd en de juiste steun, aanvaarding als het eindstadium vóór de dood. Hoewel deze fasen door sommige onderzoekers worden bekritiseerd als overgeneralisaties, aanvaardt de medische wereld nu in brede kring deze bij veel mensen voorkomende elementen in de benadering van hun eigen sterfelijkheid, en voor het geïnformeerde publiek zijn ze een deel geworden van de algemene kennis. De uitgebreide gedachtewisseling over deze ideeën heeft geleid tot het oprichten van verpleeghuizen en palliatieve zorginstellingen in de hele wereld om terminaal zieke mensen in staat te stellen waardig te sterven.

Haar werk met stervende patiënten bracht dr. Kübler-Ross ertoe het idee te onderzoeken dat het leven kan voortduren na de dood en te proberen deze opvatting wetenschappelijk te verifiëren. Evenals bij haar meer bekende stadia vóór het sterven, werkte ze de theorie uit dat de mens tijden het sterven in feite vier stadia doorloopt: uit het lichaam zweven, veranderd worden in een vorm van geest of energie, door een beschermengel door een overgangsfase worden geleid, en tenslotte een ontmoeting hebben met de Hoogste Bron of ‘God’. Dit theoretische werk leidde begin jaren tachtig tot het oprichten van het Shanti-Nilaya (‘huis van vrede’) Hospice in Zuid-Californië, en begin jaren negentig tot het openen van het Kübler-Ross Centrum in Shenandoah Valley, Virginia, dit laatste voor stervende aidspatiënten en geïnfecteerde baby’s. Haar onderzoek naar mogelijke postmortale toestanden en de oprichting van die verpleeghuizen hadden persoonlijke en publieke verdeeldheid tot gevolg met hevige kritiek uit wetenschappelijke kringen en vermoedelijk zelfs met pogingen door afwijzend staande mensen uit het publiek om beide inrichtingen plat te branden! Hoewel zijzelf door een ernstige ziekte werd getroffen, bleef ze onverschrokken werken om stervende mensen te helpen en de mensen wakker te maken voor de mogelijkheid dat het leven na de dood doorgaat.

Dr. Elisabeth Kübler-Ross was een onbevreesde en originele denker, een ware baanbreker voor de mensheid die haar hele leven heeft gevochten om leed te verzachten en onze ogen te openen voor de werelden die op ons wachten voorbij de poorten van de dood.


Uit het tijdschrift Sunrise mei/jun 2005

© 2005 Theosophical University Press Agency