Theosophical University Press Agency

pagina achteruit Inhoudsopgave pagina vooruit

Relevante vragen

[‘Pertinent questions’, The Theosophist, juni 1883, blz. 235; CW 4:542-4]

Zou u of een van uw lezers mij informatie kunnen geven over de volgende punten:

1. Wat is een yogi?
2. Kan hij worden beschouwd als een mahatma?
3. Kunnen Visvamitra, Valmiki, Vasishtha en andere rishi’s worden gerekend tot de yogi’s en de mahatma’s?
4. Of tot alleen de mahatma’s?
5. Of tot alleen de yogi’s?
6. Kenden de yogi’s de occulte wetenschap?
7. Is het vegetarisme nodig voor de studie en ontwikkeling van occulte kennis?
8. Kenden onze rishi’s de occulte wetenschappen?

Als u enig licht op bovenstaande vragen werpt, zal ik u daarvoor zeer dankbaar zijn.

Met vriendelijke groet,
H.N. Vakil
Bombay, 30 april 1883
161, Malabar Hill


Wij antwoorden:

1. Een yogi is in India een heel rekbaar begrip. De term wordt nu in het algemeen gebruikt om een heel vieze, met vuil bedekte en naakte figuur aan te duiden, die zijn haar nooit knipt of kamt, zich van boven tot onder met natte as bedekt, pranayama beoefent, zonder de ware betekenis ervan te beseffen, en leeft van aalmoezen. Slechts af en toe wordt de term toegepast op iemand die de benaming waardig is. De echte betekenis van het woord blijkt wanneer het etymologisch wordt geanalyseerd; het komt van de wortel yug, ‘verenigen, verbinden’. Een echte yogi is iemand die zich van de wereld met haar bekoringen en genoegens heeft afgezonderd, en na een min of meer lange periode van training erin is geslaagd om zijn ziel te herenigen met de ‘universele ziel’ of zich te ‘verenigen’ met parabrahman. Indien onze correspondent met het woord ‘yogi’ een dergelijke figuur bedoelt, namelijk iemand die zijn 7de en 6de beginselen, of atman en buddhi, heeft verenigd en daardoor zijn lagere beginselen (manas, de dierlijke ziel en het persoonlijke ego) in overeenstemming heeft gebracht met het universele beginsel, dan –

2. Kan hij tot de mahatma’s worden gerekend, omdat dit woord eenvoudig een ‘grote ziel’ betekent.

3. Dit is daarom een overbodige vraag. De rishi’s – in ieder geval degenen van wie kan worden aangetoond dat ze werkelijk hebben geleefd (want velen die met de bovenstaande benaming worden aangeduid, zijn min of meer mythische figuren) – waren natuurlijk ‘mahatma’s’, in de ruime zin van het woord. De drie rishi’s die door onze vraagsteller worden genoemd, waren historische personen en heel hoge adepten die recht hadden op de titel mahatma.

4. Ze kunnen mahatma’s zijn (indien ze die benaming waardig zijn), en gehuwd of ongehuwd zijn, terwijl ze –

5. Alleen ‘yogi’ kunnen worden genoemd als ze ongehuwd blijven, d.w.z. wanneer ze hun leven wijden aan religieuze contemplatie, ascetisme en het celibaat.

6. Theoretisch kent iedere echte yogi min of meer de occulte wetenschappen, d.w.z. hij moet de geheime en symbolische betekenis van elk voorgeschreven ritueel begrijpen, en de juiste betekenis van de allegorieën die in de Veda’s en andere heilige boeken staan. In feite zijn vandaag de dag maar heel weinig of geen van die yogi’s die men af en toe tegenkomt, vertrouwd met het occultisme. Het hangt af van de mate van hun verstandelijke ontwikkeling en religieus fanatisme. Een heel heilige, oprechte, maar onwetend vrome asceet, die niet veel verder is doorgedrongen dan tot de buitenste schil van zijn filosofische leer zou je vertellen dat niemand in kaliyuga is toegestaan om een praktisch occultist te worden, terwijl een ingewijde yogi een occultist moet zijn; in ieder geval moet hij voldoende krachtig zijn om alle kleine verschijnselen (de onwetenden zouden zelfs zulke kleine manifestaties nog ‘wonderen’ noemen) van het adeptschap teweeg te kunnen brengen. De echte yogi’s, de erfgenamen van de wijsheid van de Indo-Europese rishi’s, kan men in de wereld echter niet tegenkomen onder de gewone mensen, en ze zullen zich niet als yogi’s bekendmaken. Gelukkig zijn zij voor wie de hele wereld openligt, en die haar kennen vanuit hun ontoegankelijke asrama’s, terwijl de wereld (met uitzondering van enkelen) hen niet kent en hun bestaan ontkent. Maar ze maken zich er niet erg druk over of de meeste mensen in hen geloven, of weten dat ze bestaan.

7. De uiteenzettingen over ‘occultisme’ in dit tijdschrift zijn duidelijk genoeg om aan te tonen dat dit de wetenschap is waardoor een student door studie en praktijk tot een mahatma kan uitgroeien. Het artikel ‘The elixir of life’ en de Hints on Esoteric Theosophy zijn hierover duidelijk genoeg. Ze geven ook een wetenschappelijke verklaring waarom het voor de psychische ontwikkeling nodig is om vegetariër te zijn. Lees en studeer, en u zult ontdekken waarom vegetarisme, het celibaat, en in het bijzonder totale onthouding van wijn en sterke drank strikt noodzakelijk zijn voor ‘de verwerving van occulte kennis’ – zie Hints on Esoteric Theosophy, nr. 2. Omdat vraag 8 na wat hierboven is gezegd overbodig is geworden, besluiten we hiermee de toelichting.


H.P. Blavatsky: Geselecteerde artikelen, Deel 2: 1882 – 1887, blz. 155-7
isbn 9789491433177, paperback, eerste druk 2016, bestel boek

© 2016 Theosophical University Press Agency
Daal en Bergselaan 68, 2565 AG Den Haag