Het Theosofisch Genootschap

Orgaandonatie, euthanasie, zelfmoord, abortus

Wat gebeurt er, aan het menselijk oog onttrokken, rondom deze handelingen?

Rita Houthuijzen

Vele omstandigheden of fysieke en psychische redenen kunnen leiden tot het nemen van beslissingen omtrent het geven van organen na de dood, tot het beëindigen van het leven als men vindt dat het voltooid is of als men ernstig ziek is, tot het plegen van zelfmoord als men het leven niet meer ziet zitten, of tot het laten weghalen van een nog ongeboren vrucht die niet gewenst is in de huidige situatie. Wat bij al deze onderwerpen nog volledig onderbelicht is en nauwelijks wordt besproken, is de grote onwetendheid over wat er op de diepere bestaansgebieden gebeurt rondom het geboorte- en het stervensproces.

Wie is de mens, wat is zijn doel, waarom is hij hier op deze aardbol, en waarom lijdt de mens? Dat zijn heel wezenlijke vragen, die ten grondslag liggen aan onderwerpen zoals orgaandonatie, euthanasie, zelfmoord en abortus. Sommigen zien de mens als een toevallige verschijning in een onmetelijk universum. Darwin bijvoorbeeld ging ervan uit dat het leven zich ontwikkelt van eenvoudige levensvormen tot meer complexe en intelligente soorten, en dat de mens, die van de apen zou afstammen, bovenaan de evolutieladder kwam te staan.

Maar volgens de oude wijsheid bestaan er – naast het mineralenrijk, het plantenrijk, het dierenrijk en het mensenrijk – ook drie elementalenrijken vóór het mineralenrijk en drie verdergevorderde rijken na de mens. Het hangt af van de gevorderdheid van het bewustzijn bij welk rijk een monade hoort en waarbinnen zij haar levenslessen leert.

Wat is bewustzijn? Volgens veel wetenschappers – onder wie dr. Dick Swaab, schrijver van het boek Wij zijn ons brein – komt al ons denken, spreken en handelen voort uit onze hersenen. Na het overlijden vervallen we tot stof en daarna eigenlijk tot helemaal niets, en dat is het dan. Maar er komen steeds meer wetenschappers en medici die het met dr. Swaab geheel oneens zijn.

In zijn boek Eindeloos bewustzijn schrijft cardioloog Pim van Lommel over zijn ervaringen met patiënten die hem vertelden over hun bijna-doodervaringen tijdens hartoperaties. Hij verhaalt over een vrouw met een aneurysma in de slagader van de hersenen. Zij werd volledig onder narcose gebracht, haar lichaam werd afgekoeld, haar oren en ogen werden afgesloten, en zo is men begonnen aan de operatie. De operatie slaagde, en toen de vrouw ontwaakte, vertelde ze aan de chirurg en verpleegsters wat ze had gezien. Ze had de muziek die tijdens de operatie was opgezet, gehoord, en wist een aantal nummers op te noemen. Ze had hen over haar en de aandoening horen praten, zodat ze enkele gespreksonderwerpen kon benoemen. Ze had gezien welke instrumenten er waren gebruikt en waar ze waren toegepast. Ze hing boven haar lichaam in de hoek van de operatiezaal, van waaruit ze alles kon waarnemen. Aangezien ze op geen enkele wijze in staat was ook maar iets te horen of te zien, was dit zowel fysiek als psychisch gesproken onmogelijk.

Volgens de oude wijsheid komt alles voort uit bewustzijn – ons bewustzijn en het bewustzijn van het hele universum. Bewustzijn schept de omstandigheden om zichzelf te zien en te leren kennen. In de oude mystieke soefi-leer wordt dan ook gezegd: ‘God heeft de wereld geschapen om zelf gekend te worden.’ Dit betekent dat de schepselen net zolang doorworstelen in de stof tot ze in de gaten krijgen dat ze eigenlijk zichzelf willen zien en willen kennen. De oceaan wil de druppels weer in zich verenigen, en de druppels verlangen diep in zichzelf naar de samensmelting met de grote zee van kennis, het ware thuis van alles wat in een materiële vorm is verschenen.

De diverse wezens zijn echter zo ver van huis afgedreven dat ze de kust als het ware totaal uit het oog zijn verloren en leven in een wereld van schaduwen, die zij zien als hun werkelijke thuis, betoverd als ze zijn door de illusie van de stof. Deze onbewustheid is de reden dat men, koste wat het kost, experimenteert met het in stand houden van het lichaam; men denkt dat dit ons enige leven is en dat het daarom zo lang mogelijk in stand moet worden gehouden. Men klampt zich aan het leven vast vanuit een gevoel van diepe gehechtheid daaraan.

Het lijden dat men vaak tijdens een leven moet doorstaan is een reden dat men datzelfde leven wil beëindigen. Men beseft niet dat het lijden misschien wel een diepere reden zou kunnen hebben. De oude kennis gaat uit van de wet van oorzaak en gevolg, karma. Dit betekent dat alles wat ons overkomt een gevolg is van eerdere handelingen, ook uit een vorige incarnatie.

Orgaandonatie

Vandaag de dag wordt er veel aandacht besteed aan het werven van mensen die na hun dood organen willen afstaan aan een medemens die anders zou overlijden. Men kan een codicil invullen en bij zich dragen, of de familie kan toestemming geven indien er nooit zo’n codicil is aangevraagd. Dit codicil is geregistreerd en geeft aan of men wel of niet donor wil zijn. Voor kinderen tot 16 jaar kunnen de ouders beslissen of zij organen, etc., willen of mogen afstaan of niet, al heeft het kind zelf ‘ja’ gezegd.

Regeringen van verschillende landen proberen zelfs kinderen te motiveren om donor te worden via campagnes op scholen. Al lijken deze acties heel menslievend, het is inmiddels ook een soort van koehandel geworden. Er zijn veel organen nodig, omdat sommige mensen bijvoorbeeld nieren afstoten en opnieuw een nier nodig hebben. De druk vanuit de overheid om donor te worden wordt steeds groter, en men wil zelfs dat men automatisch donor wordt, tenzij men officieel aangeeft dit niet te willen. Dit is een zorgelijke ontwikkeling omdat een hoop mensen deze oproep langs zich heen laten gaan en zo ongemerkt donor worden.

De mens is zijn eigen schepper en is in staat zijn levensbestemming te bepalen – bewust, maar meestal redelijk onbewust vanwege de onbekendheid wat betreft zijn bestaansreden en oorsprong. Bovendien is het fysieke lichaam slechts een onderdeel van de zevenvoudigheid van de mens en andere levensvormen. Wij bestaan dus ook uit diepere, onzichtbare lagen.

Men weet ook heel weinig over de werkelijke betekenis van zijn organen en andere lichaamsdelen. Zo bewaart de lever bijvoorbeeld herinneringen aan nog onverwerkte gevoelens en gebeurtenissen. Dit komt duidelijk terug in de uitdrukking ‘iets op de lever hebben’. Ieder deel van ons lichaam is bewust. Dit betekent dat als er een orgaan uit het ene lichaam wordt overgeplaatst naar een ander lichaam er ook celbewustzijn meeverhuist naar de andere mens die het orgaan ontvangt.

Het is bekend dat mensen die een nieuw orgaan ontvangen plotseling andere gedragspatronen of eetgewoontes kunnen vertonen. Hoe extreem dit kan zijn blijkt uit het feit dat de ontvanger zelf hierover verbaasd kan staan en zichzelf in een aantal opzichten niet meer herkent. Een vegetariër houdt plotseling van vlees, en een persoon die nooit alcohol drinkt vraagt in het ziekenhuis om een alcoholhoudend drankje. Er zijn zelfs voorbeelden van mensen die dromen over de donor en vervolgens zelfs kunnen vertellen hoe die persoon leefde en wat de oorzaak van zijn of haar dood is geweest. In enkele gevallen voelen ontvangers van organen alsof ze niet meer alleen in hun lichaamsvorm aanwezig zijn.

Ook belangrijk hierbij is de manier waarop de hersendode wordt gereedgemaakt voor het verwijderen van zijn organen. Want wat is hersendood? Het betreft het moment waarop de arts constateert dat de hersenen volgens hem niet meer werken en geen impulsen meer geven. Vreemd genoeg wordt de hersendode onder narcose gebracht voordat de organen uit het lichaam worden gehaald. Je zou toch zeggen dat dit onnodig is, aangezien de persoon ‘dood’ is verklaard. Verwachten de artsen dan misschien dat de overledene ergens nog pijn zal ervaren? Soms wordt als reden voor narcose spierverslapping genoemd.

Al is een mens stervende na de diagnose ‘hersendood’, dan wil dat nog niet zeggen dat hij absoluut onbewust is, want hij is nog niet overleden. Men houdt het lichaam in leven, want als het bloed niet meer door de organen en weefsels circuleert, sterft ook het fysieke lichaam en dan zijn de organen niet meer bruikbaar. Maar als het fysieke lichaam niet op natuurlijke wijze is gestorven, is de mens nog niet compleet overleden en dus nog aanwezig en zich bewust van datzelfde lichaam.

Deze situatie geldt voor de inwendige organen, want daarvoor moet men het lichaam doorbloed houden. Voor het gebruiken van huid, hoornvlies, botten of spieren hoeft dat niet. Deze onderdelen kunnen ook worden verwijderd als men totaal is overleden. Het doneren van bloed ligt iets anders, omdat de ontvanger op den duur dit bloed van de donor zal afbreken en zijn lichaam weer nieuw eigen bloed gaat aanmaken. Er zijn echter religies die ook dit niet toestaan. Toch merken sommige ontvangers van bloed een tijdje lang ook verschillen in het eigen gedrag en de gewoontes.

Wat van groot belang is bij orgaandonatie is het proces dat de stervende doormaakt tijdens en na het daadwerkelijke overlijden. Volgens de oude mystieke kennis treedt de mens uit zijn fysieke lichaam om vervolgens in zijn astrale lichaam een tijdje door te brengen op het psychisch-astrale gebied. Dit gebied is van groot belang om het vorige leven compleet te verwerken en zichzelf, als de persoon die men was, te aanschouwen en te beoordelen, want men is zijn eigen rechter.

Wat gebeurt er als een deel van het hele bewustzijn, waar de stoffelijke deeltjes ook bij horen, achterblijft in een ander lichaam, zoals bij transplantatie? Is de mens die overlijdt dan in staat om het overzicht en de afronding van het net verlaten leven te overzien en in te schatten, of wordt hij nu verhinderd in dit zo belangrijke proces? Treedt er vertraging op, of kan de overledene niet verder?

Dan is er nog de kwestie van het afstoten van een donororgaan in het lichaam van de ontvanger. Waarom dient de patiënt heel veel medicijnen in te nemen om het orgaan in zijn lichaam te behouden? Ieder lichaam en ieder wezen heeft zijn eigen trillingswaarden, die te maken hebben met het niveau van bewustzijn van dat wezen. Dit geldt ook voor de organen en andere weefsels in het lichaam van de donor en de ontvanger. Deze trillingswaarden kunnen dus verschillen en als het verschil heel groot is, zal er eerder afstoting plaatsvinden omdat ze energetisch gesproken niet met elkaar overeenkomen.

Het is en blijft altijd de verantwoordelijkheid van de persoon zelf of hij wil doneren of niet. Niemand kan een ander opleggen wat goed is of verkeerd, en niemand kan hierover dus een oordeel vellen. Men kan doneren uit mededogen met anderen, maar dient zich hierbij wel af te vragen of dit wel zo mededogend is en of het wel de bedoeling van de natuur is. Het belangrijkste hierbij is dat men goed te rade gaat bij zichzelf en dat men zich niet laat leiden door welke campagne dan ook. Hoe je ook over het leven mag denken, wees je bewust van je motivatie en de gevolgen hiervan bij het invullen van het donorcodicil met een ‘ja’.

Euthanasie

Over euthanasie wordt veel gesproken in de politiek. Laatst was er zelfs sprake van dat het zou kunnen worden goedgekeurd volgens het principe van ‘een voltooid leven’, maar aangezien er vanuit christelijke partijen veel bezwaren hiertegen werden gemaakt is het nog maar de vraag of dit officieel doorgaat, alhoewel het toch al plaatsvindt.

Op dit moment kan een patiënt in ieder geval in een wilsbeschikking laten vastleggen of hij in geval van uitzichtloos lijden euthanasie wil laten toepassen. Voorwaarde hiervoor is wel dat hij nog goed weet wat hij doet. Deze wilsbeschikking kan al worden aangevraagd en opgesteld vanaf het 12de levensjaar. Een arts hoeft echter geen gevolg hieraan te geven indien dit aan hem wordt gevraagd. De arts dient aan een aantal voorwaarden te voldoen vóór hij kan overgaan tot euthanasie. Handelt hij anders, dan kan hij hiervoor worden vervolgd.

Euthanasie gaat om het beëindigen van een leven vanuit de eigen keuze omdat het lijden ondraaglijk is geworden. De grens van verdraagzaamheid ten opzichte van pijn en lijden ligt voor iedereen anders, en dat is o.a. de reden dat het voor een arts zo moeilijk is om hierover te beslissen, zijn eigen normen en waarden nog daargelaten. Wat de oude esoterische kennis over euthanasie zegt, wordt in bijna alle gevallen onderbelicht. Slechts gelovige mensen die hun godsdienst serieus belijden vinden dat euthanasie verboden moet worden omdat het volgens hen niet mag van God, die ze zien als een alles-overkoepelende beslisser over leven en dood. Anderen vinden dat het gewoonweg logisch is dat men uit het uitzichtloze lijden dient te worden verlost door euthanasie.

Menselijkerwijs lijkt het alsof het toepassen van euthanasie een verstandige en liefdevolle oplossing is, net zoals orgaandonatie een prachtig gebaar van liefde is naar de medemens toe. De hamvraag is echter: Is het wel de bedoeling dat de mens dit lijden afbreekt? Deze vraag kan hard overkomen als een mens uitzichtloos moet lijden. Maar wat gebeurt er nu als men het leven eerder beëindigt?

Voor elk leven is er een vastgesteld einde, een juist moment om te sterven. Karmisch gezien sterft men als het moment daar is, en niet eerder of later. Nu kan men hierop wel zeggen dat het ook karma is als men het leven eerder beëindigt, maar dit is niet helemaal logisch, omdat de mens zelf ingrijpt in het natuurlijke proces van de karmische gevolgen uit eerdere handelingen en levens. Ook zou men kunnen stellen dat het uitvinden van medicijnen, etc., eveneens ingrijpt in het moment van sterven, waardoor dit moment dus later komt te liggen in tegenstelling tot de eerdere overlijdensdatum bij euthanasie.

Het uiteindelijke gevolg van zowel euthanasie als zelfmoord is een beetje hetzelfde. Na het overlijden verlaat men het fysieke lichaam om over te gaan in het astrale of psychische lichaam en daarmee komt men op het astraal-psychische gebied, oftewel het kamaloka (Sanskriet voor ‘begeertegebied’). Daar vindt o.a. de terugblik op het leven plaats, en de heldere en oprechte beoordeling daarvan. Pijn en onrecht die men een ander heeft aangedaan zullen heftig worden gevoeld, maar men zal ook een algehele beleving ervaren van het gehele voorafgaande leven. Dit betekent in het geval van euthanasie dat men inziet dat het lijden in wat voor vorm dan ook een noodzaak was, en dat het geenszins de bedoeling was dit leermoment te onderbreken.

Deze laatste regel is zeker niet bedoeld als menselijk oordeel. Integendeel, deze kennis komt voort uit de wijsheid van de meesters van mededogen en de kosmische leer die miljoenen jaren lang werd onderwezen aan hen die er klaar en rijp voor waren. Zij vertelden ook dat indien men het leven eerder beëindigt dan het karmisch bepaalde tijdstip, men vanaf de tijd van de beëindiging tot aan het natuurlijke moment van zijn dood het leed en de psychische pijn die aan de zelfdoding voorafgingen herhaaldelijk zal doormaken. Psychisch gezien is dit een hel, en natuurlijk is het bij euthanasie veel milder en meestal korter dan bij zelfmoord.

Als men naar de wereld om zich heen kijkt, ziet men veel lijden. De oorzaken hiervan liggen bij de mens zelf, bij zijn denken, spreken en handelen. Al deze hoedanigheden hebben gevolgen, en deze gevolgen doen situaties ontstaan, zowel voor de persoon zelf, als voor families, dorpen, steden, landen en de hele wereld. Hieruit zou men kunnen concluderen dat er een verandering in de mens zelf in gang dient te worden gezet in het denken, spreken en handelen, opdat de gevolgen ook anders zullen zijn. Het helder en bewust observeren van de eigen handelingen, enz., en van de reacties van anderen op het eigen gedrag zet een innerlijk leerproces in gang – de mystieke weg naar binnen.

Zelfmoord

Bij euthanasie wordt de beslissing vaak weloverwogen gemaakt, en bij zelfmoord is er sprake van hevige wanhoop en ziet men het leven niet meer zitten. Bij euthanasie is er vaak sprake van ziekte, ouderdom of uitzichtloos lijden, en bij zelfmoord is de persoon weliswaar psychisch niet in orde, maar meestal nog fysiek gezond en ook vaak nog jong. Sommige mensen noemen zelfmoord moedig, terwijl anderen het zeer egoïstisch vinden omdat degene die zichzelf om het leven brengt mensen en geliefden in verdriet en met vele vragen achterlaat. Oordelen hierover is eigenlijk niet van toepassing, omdat niemand echt kan weten wat deze mens ertoe heeft gedreven om het eigen leven te beëindigen.

Wat zegt de oude kennis hierover? Men leeft om te leren en men leert om meer te weten te komen over waarom het leven er überhaupt is, wat het doel is en wat de eigen inbreng hierbij is. Indien men een leven voortijdig besluit te beëindigen, vergeet men hoe kostbaar een mensenleven is, want het lichaam is de tempel van de geest, waarin men in staat is hier te zijn en de levenslessen in zich op te nemen en toe te passen.

Ieder mens is in staat om door zijn gedrag iets toe te voegen aan het karmische patroon van heel het leven. Door zelfmoord te plegen onderbreekt men voor dit moment deze mogelijkheid en de kans om het leerproces en de verandering in zichzelf te bewerkstelligen. Hierop kan men antwoorden dat het volgende leven een nieuwe kans zal bieden. Maar als men in dit leven niet in staat is bepaalde problemen het hoofd te bieden, zullen ze in een volgend leven – misschien op een andere plek, in andere situaties en met andere mensen – opnieuw verschijnen.

Daarom is het zaak in ieder leven te proberen de houding ten opzichte van moeilijkheden te veranderen en de problemen het hoofd te bieden, hulp te zoeken en een oplossingsgerichte houding aan te leren in plaats van telkens het bijltje erbij neer te gooien, hoe moeilijk het soms ook kan zijn! Na zelfdoding zal men ook op het astrale gebied en in het astrale lichaam alle psychische pijn voortdurend opnieuw doormaken tot aan het moment van het eigenlijke natuurlijke ogenblik van overlijden.

Abortus

Bij abortus beslist de mens die nog geboren moet worden niet over zijn eigen overlijden, maar wordt dit voor hem gedaan. Het is heel moeilijk hier een helder inzicht in te krijgen, omdat men zou moeten weten wat dit voor de ongeboren ziel betekent.

De mens is een zevenvoudig wezen en aan de incarnatie van het hele wezen gaat een langdurig proces vooraf. Het is een mooi en zeer spiritueel proces, want een nieuw lichaam wordt klaargemaakt voor een oude ziel, die weer opnieuw de kans krijgt om zijn innerlijk te verfijnen en zijn bewustzijn te doen groeien. Voordat de bevruchting plaatsvindt, worden de overige lichamen al gevormd. Dit betekent dus dat er niet pas bij de bevruchting een nieuw mens in de maak is, maar dat dit pr0ces al heel lang van te voren in werking is gezet.

Het totale proces is zeer ingewikkeld, maar pas bij het samensmelten van de eicel en de zaadcel zal het fysieke lichaam worden gevormd. Het kind dat gaat komen zweeft er nog vrij omheen, maar was al lang voor de bevruchting bij beide ouders aanwezig.

Men kan medisch gezien precies uitleggen dat de celdeling van het stoffelijk lichaam begint bij het samenkomen van eicel en zaadcel. Zelden vraagt men zich af waarom dit zo gaat en wat de kracht is die dit veroorzaakt. Het is de energie van het kindje zelf en de energie van beide ouders die dit leven tot stand zullen brengen. Zij zijn tevens karmisch met elkaar verbonden, want in de natuur is de wet van aantrekking en afstoting altijd werkzaam.

Indien dit proces door abortus of een miskraam wordt afgebroken, zal de energie van het kind zich terugtrekken, en krijgt het niet de kans om op dat moment te komen en zich te ontwikkelen. Het betekent dus uitstel, zij het dat dit in het lange tijdsbestek van de vele miljoenen jaren die de mens heeft om zijn levenslessen te leren, weinig zal betekenen. Karmisch gezien heeft het echter wel zijn invloed. Misschien zal dit kindje bij dezelfde ouders terugkomen op een later ogenblik, of het kiest voor een andere vader of moeder.

Vele geloven keuren abortus af; anderzijds is er door vrouwen in de hele wereld een grote strijd gevoerd over het ‘baas in eigen buik zijn’. Heel veel emoties spelen een rol bij deze strijd. Indien een vrouw in oorlogstijd of anders is aangerand of hoe dan ook tegen haar zin zwanger is geraakt, is abortus ergens te begrijpen, maar als een vrouw zeer onvoorzichtig is geweest vanuit gemakzucht, ligt het anders. Bij abortus wordt in ieder geval een vrucht moedwillig gedood, ook al is hier niet direct sprake van agressief gedrag, maar eerder van wanhoop of misschien wel onverschilligheid.

Hoe men uiteindelijk ook mag of wil denken over orgaandonatie, euthanasie, zelfmoord of abortus, het leven is een kostbaar geschenk. De dalai lama heeft eens gezegd: ‘Het lichaam is je tempel, besef dat goed, het is de enige plaats waarin je de mogelijkheid hebt gekregen om de levenslessen te leren. Wees er zeer zuinig op, want elke dag is een kans om te leren en te ervaren wie we zijn, wat we zijn, wie we kunnen gaan worden en wat ons levensdoel, de dharma, is.’

Respect voor het leven heeft voorrang en het leven heeft altijd zin, wat er ook in mag gebeuren. Hoe technisch, medisch of zogenaamd ‘nuchter’ men ook mag of wil denken, vergeet niet dat de mens toch meer is dan alleen zijn lichaam. Wees je daarbij ook ervan bewust dat je zelf kiest, en besef dat alle handelingen karmische gevolgen hebben voor zowel degene die ze verricht als degene die ze ondergaat. Oordelen hierover is echter niet op zijn plaats, want uiteindelijk heeft ieder mens een vrije wil en daarmee een eigen verantwoordelijkheid.

Het volgende gezegde is hierbij volledig op zijn plaats: ‘Bezint eer gij begint.’ Maar beslis altijd met het hart en wees je daarbij dus vooral volledig bewust van de mogelijke gevolgen van die beslissing.

Andere artikelen over orgaandonatie

Andere artikelen over euthanasie

Andere artikelen over zelfdoding

Andere artikelen over abortus


Uit Impuls (Nieuwsbrief voor leden van het Theosofisch Genootschap), maart 2018, nr. 82.

© 2018 Theosophical University Press Agency